Superclub aan het woord: SV Dynamo uit Apeldoorn

Superclub aan het woord: SV Dynamo uit Apeldoorn

Gepubliceerd op 25 november 2021

Bij SV Dynamo zijn ze vanaf 2015 aan het professionaliseren, sinds vorig jaar met het predicaat Superclub. Arjan de Groot focuste zich op talentontwikkeling, maar zet zich inmiddels breder in.

Sinds er in december 2019 vanuit de Bondsraad is besloten om te investeren in het professionaliseren van verenigingen, zijn er vele Superclubs ontstaan op verschillende locaties waar een groot aantal clubs in de regio van profiteren. Samen versterken zij hun vereniging én het volleybal in hun regio.

Om onze verenigingen, groot én klein, te inspireren, geven we graag het woord aan verschillende Superclubs in de serie ‘Superclubs aan het woord’. Lees hieronder het verhaal van SV Dynamo uit Apeldoorn.

De eerste professionaliseringsslag bij SV Dynamo was al in 2005, ook toen was Arjan de Groot (links op de foto) als een betaalde kracht verbonden aan de club. Hij was verantwoordelijk voor de talentontwikkeling van de herenlijn. Resultaten waren er zeker, drie keer achter elkaar werd de Jaap van Kasteeltrofee voor beste jeugdopleiding gewonnen. Toen die overeenkomst na vijf jaar stopte vanwege financiële overwegingen, dacht de club dat het met vrijwilligers goed op te vangen was. Maar nadat er nog enkele seizoenen de vruchten waren geplukt van het beleid dat in die jaren op poten was gezet, zakte het niveau van de jeugdopleiding toch.

Dat noopte SV Dynamo tot het in gang zetten van een tweede cyclus van professionaliseren. In het seizoen 2015-2016 werd wederom Arjan de Groot aangesteld. Hij werd hoofd opleidingen en ging zich richten op het neerzetten van een structuur die ervoor zorgt dat de talentontwikkeling op het gewenste niveau blijft. Dit heeft er in geresulteerd dat Dynamo in bijna iedere divisie, in zowel de jongens- als meisjeslijn, is vertegenwoordigd en vaak meedoet in het linker rijtje. Daarnaast zijn de aantallen afgevaardigden naar de RTC’s en de selecties op Papendal van de Nevobo ook gestegen.

Arjan de Groot wist al op jonge leeftijd dat hij een volleybalprofessional wilde worden. Hij was begin 20 toen hij zijn VT-4 trainerscursus al had afgerond. Hij was als kind van Dynamo een heus volleybaldier. Zag voor zichzelf eigenlijk een toekomst als broodtrainer, maar merkte al snel dat het lastig is om je volledige inkomen bij elkaar te krijgen met alleen het geven van trainingen. Zo werkte hij een tijd bij de Nevobo als medewerker competitie. Daarnaast bleef hij zich bekwamen in het trainersvak, met cursussen die allemaal gerelateerd waren aan het volleybal. Zo deed hij een opleiding clubkadercoaching bij NOC*NSF, een opleiding voor breed motorisch ontwikkelen en werd hij onderwezen in het pedagogisch en didactisch leerklimaat.

De opdracht voor Arjan, die zo’n tien uur per week voor Dynamo op de loonlijst stond, was de jeugdopleiding naar het niveau tillen dat Dynamo weer bij de beste opleidingen van Nederland hoorde. De tweede opdracht daarbij was dat niet te koppelen aan het binnenhalen van alleen talentvolle opleidingstrainers, maar ervoor te zorgen dat er een structuur stond. Trainers en professionals kunnen ook weer vertrekken, dan moet de structuur niet ineenstorten. “Nu hebben we de structuur, we hebben de trainers die daarvoor nodig zijn en als die wegvallen, dan weten we dat we er zo’n trainer bij moeten zoeken”, vertelt Arjan. “Na twee, drie jaar stond die structuur wel. We zijn toen het programma inhoudelijk gaan verbeteren. Dat is het focuspunt van de afgelopen twee jaar geweest. De structuur stond, iedereen kon zijn werk doen, we hoefden alleen maar te faciliteren. Dus als er wat nodig was, dan kwamen ze bij mij, of ik me ergens hard voor kon maken. We zijn ons toen gaan richten op het breed motorisch ontwikkelen.”

Breed motorisch ontwikkelen

Bij Dynamo heeft het breed motorisch ontwikkelen (BMO) een prominente plaats gekregen door de inzet van Arjan. Hij vertelt het volgende: “We hadden inhoudelijk de volleyballijn wel staan, maar iedereen ziet steeds meer dat we niet alleen maar goede volleyballers moeten gaan maken, maar ook goede atleten. Daar liepen we voor de muziek uit, we waren een van de eersten die de keus durfden te maken. We hebben erin geïnvesteerd dat we naast de inhoudelijk technische lijn er ook een fysieke lijn moet zijn. Dat begint bij de jongsten met het Nijntje Beweegdiploma van KNGU. Daarna de sportspeeltuin, hiervoor gebruiken we o.a het programma van de Nevobo. We zijn een van de pilotverenigingen. Wij trekken de lijn ook door naar het mini- en jeugdvolleybal en de senioren tot 23 jaar. Het stopt niet bij 12 jaar, ook bij de jeugd 25% van de uren die ze trainen gericht op breed motorisch ontwikkelen.”

Hij vervolgt: “Je zal zien dat dit in de ontwikkeling van Superclubs navolging gaat krijgen. En dat er steeds meer ingestoken gaat worden op het ontwikkelen van in eerste instantie een goede atleet en later pas op een goede volleyballer. We hebben niet alleen een technisch beleidsplan voor het volleybalinhoudelijke, maar zijn deze ook aan het maken voor de fysieke leerlijn: wat moet je fysiek kunnen, wat moet je als beweger kunnen? Er is steeds meer onderzoek en die zie je in de sport- en beweegakkoorden terugkomen. Vaardig in bewegen van jongs af aan, staat ook in het nationale sport- en beweegakkoord. In Apeldoorn is die 1 op 1 overgenomen. Als je breed motorisch opleidt, krijg je betere atleten. Als we betere atleten krijgen, krijgen we betere volleyballers. Het bijeffect is dat als je breed motorisch gaat opleiden, dan houden ze meer plezier in het spel, want je hebt niet meer de vroege specialisatie. Er zijn minder blessures en mensen blijven langer sporten. Het is niet alleen maar gebaseerd op talentontwikkeling. Je leert dingen waar je profijt van hebt in het volleybal.”

Verdere samenwerking in Apeldoorn

Het afgelopen jaar heeft Arjan zich niet alleen meer voor Dynamo ingezet, maar is hij via de gemeente ook als combinatiefunctionaris ingezet. “Apeldoorn heeft volleybal als een van de kernsporten”, legt Strategisch Adviseur Aletha Huisman van gemeente Apeldoorn uit. “Dat volleybal in de haarvaten van onze samenleving zit, dat is duidelijk. Met een grote diversiteit aan volleybalfans, volleybalverenigingen en evenementen. En van jong tot oud, van actief tot inactief en van amateur tot topsporter is er altijd iets te beleven. Vanuit die brede blik en mogelijkheden wordt er gekeken hoe we de positie van Apeldoorn als volleybal hoofdstad van Nederland nu en in de toekomst kunnen blijven waarmaken. Naast onder andere de evenementen is ook de doorontwikkeling van de verenigingen daarbinnen een gespreksonderwerp. In samenwerking met de Nevobo, Accres (sportservice) en Dynamo kwamen we tot het idee om binnen de Brede regeling combinatiefuncties een combinatiefunctionaris volleybal aan te stellen. We hadden ruimte binnen die functies om daar wat mee te doen, invulling aan te geven en mee te schuiven. Hoe mooi zou het zijn als we een van de kernsporten zouden kunnen omarmen.”

Het was best bijzonder dat er aan combinatiefunctionaris een tintje van een specifieke sport werd gegeven. Combinatiefunctionarissen zijn buurtsport- en cultuurcoaches die sporten, bewegen en deelnemen aan cultuur voor iedereen mogelijk maken. Vanuit die gedachte moest deze functie dan ook meer omvatten dan alleen het versterken van een specifieke sport of vereniging. De functie is dan ook doorontwikkeld door de jaren heen. Een zoektocht met elkaar wat er kan en mogelijk is en hoe je voorkomt dat het alleen binnen één vereniging effect heeft. En dat is het groeimodel geweest van de afgelopen jaren. Hoe zet je die functie nu mooi voor volleybal neer, hoe versterk je de volleybalbasis, maar hoe kun je ook die kennis die daar al is. Want dat is wel zo, op volleybalfronten zijn we al echt ver in de sport. In de ontwikkeling van denken. Hoe kun je dat ook inzetten op andere fronten? En dat is volgens mij waarin Arjan de afgelopen jaren hard mee bezig is geweest om daar ook de motorische ontwikkeling van kinderen aan te koppelen. Dat vind ik fantastisch. Je start vanuit de volleybalpositie en uiteindelijk kom je uit op hoe zet je nou die ervaring binnen zo’n club en de sport in voor andere verenigingen en de ontwikkeling van de sportstimulatie in de stad. Dat is heel erg de kracht geweest.”

Arjan zet zich in voor zijn club Dynamo, maar ook voor de andere volleybalverenigingen in Apeldoorn. De gemeente Apeldoorn kent 10 volleybalverenigingen. Deze verenigingen kunnen profiteren van zijn expertise als het gaat om deelname aan kaderscholingen, het talentontwikkelingsprogramma en het begeleiden van trainers.

Begin 2022 zal er voor de besturen van omliggende clubs een verkenningsbijeenkomst worden georganiseerd om de ambities van Dynamo als Superclub samen te brengen met de ambities en vraagstukken van de clubs uit de regio.

Ook zet Arjan zich in voor een Apeldoornse hockeyclub en voetbalvereniging, hij komt bij al die verenigingen langs om te praten over breed motorisch ontwikkelen. Met de bijdrage van de Nevobo, van Dynamo en vanuit de gemeente heeft Arjan een fulltimebaan en dus ook een inkomen.

Toekomst

Het verhaal zal nu alleen ook verder moeten. Dynamo profiteert enorm van de structuur die door Arjan is neergezet in zijn tijd als professional. Maar zoals ze zich bij de club realiseren: een professional is een voorbijganger. Bestuurslid technische zaken Rob Noort zegt hierover: “Houd altijd rekening met zijn of haar vertrek. Zorg er daarom voor dat afspraken en processen breed gedragen worden en vastgelegd worden in (bijvoorbeeld) een technisch beleidsplan en jaarplan. Vertrekt de professional? Continueer dan het ingezette beleid en zoek daar dan ook weer een nieuwe professional bij.”

Dat is de situatie zoals die nu is, want Arjan de Groot wordt verenigingsondersteuner bij Sportservice Apeldoorn. Hij ontwikkelt zich als volleybalexpert steeds meer tot een algemeen inzetbare professional. Hij gaat zich nu voor alle verenigingen in Apeldoorn inzetten.

Dynamo zegt hij alleen nooit vaarwel. “Ik ben een volleybaldier. Ik blijf bij Dynamo in de TC zitten, maar als vrijwilliger.”

Ga aan de slag met professionaliseren!

Lijkt het jou ook interessant om aan de slag te gaan met professionaliseren, alleen of met andere verenigingen, om zo jouw vereniging en volleybal in jouw regio te versterken? Ga dan naar onze pagina Professionaliseren. Hier vind je meer informatie over wat professionaliseren en wat Superclub inhoudt, wat het voor jou en de regio kan betekenen en welke stappen je kunt nemen om de professionaliseren, ondersteund met een animatievideo en ondersteuningstools.

Word partner!

Als partner kun jij bijdragen aan het versterken van sport in jouw regio. Of je nu een sponsor, gemeente of andere partner bent, jij krijgt de kans om duurzaam te investeren in een vereniging die klaar is voor de toekomst, een vereniging die sporten mogelijk maakt voor jong en oud én maatschappelijk een steentje bijdraagt.

Vragen over professionaliseren

Heb je naar aanleiding van bovenstaande een vraag of wil je meer weten over professionaliseren? Onze accountmanagers staan voor je klaar! Selecteer jouw regio op de contactpagina voor contactgegevens.

Rabo ClubSupport ondersteunt en begeleidt

Nevobo en Rabobank werken samen aan het duurzaam versterken van de volleybalverenigingen. Via Rabo ClubSupport ontvangen verenigingen ondersteuning en begeleiding bij het scherper krijgen van de clubambities. Denk aan thema’s als financiering, visievorming en de vrijwilligersorganisatie. Het traject van Nevobo voor professionalisering sluit hier naadloos op aan en geeft invulling aan de implementatie van de ambities: hoe kan een professional hieraan bijdragen? Samen met de Rabobank werken we aan het versterken van de verenigingen.